Maligne peritoneaal mesothelioom: trends in behandeling en overleving in Nederland tussen 1993 en 2016.


N.L. de Boer, J.P. van Kooten, R.A.M. Damhuis, J.G.J.V. Aerts, C. Verhoef, E.V.E. Madsen

Vrijdag 17 mei 2019

10:16 - 10:24u in Brabantzaal

Categorieën: Colorectaal (maligne), GE, Vrije voordracht (V)

Parallel sessie: V18 Colorectaal maligne 2


Introductie

Maligne peritoneaal mesothelioom (MPM) is een zeldzame, maar zeer agressieve aandoening. In het verleden waren weinig behandelmogelijkheden beschikbaar. Tegenwoordig zijn er steeds meer opties, zoals cytoreductieve chirurgie en hypertherme intraperitoneale chemotherapie (CRS-HIPEC). Om Nederlandse trends in behandeling en overleving te onderzoeken, werden patiëntgegevens over een periode van 23 jaar geanalyseerd.

Methode

Patiëntgegevens tussen 1993 en 2016 werden geëxtraheerd uit de nationale kankerregistratie en in drie gelijke perioden verdeeld om trends in behandeling en overleving te analyseren. Om prognostische factoren te bepalen werd een 'Cox-proportional hazards model' gebruikt. Overleving werd geanalyseerd middels de Kaplan Meijer methode.

Resultaten

In de studieperiode kregen 566 patiënten de diagnose MPM (420 mannen, 166 vrouwen). Het gehele cohort had een 1-jaarsoverleving van 24%. Er werd toenemend agressief en multimodaal behandeld, hoewel het merendeel van de populatie (67%) geen kanker-gerichte behandeling onderging. Het gebruik van CRS-HIPEC en chirurgie (al dan niet in combinatie met systemische chemotherapie) nam toe. De 1-jaarsoverleving nam daarbij toe van 17% naar 31%. Patiënten die chirurgie met systemische chemotherapie of CRS-HIPEC ondergingen, hadden een significant betere overleving (HR(95%CI): 0.57 (0.39-0.85), 0.58 (0.35-0.96) respectievelijk) dan patiënten die alleen met systemische chemotherapie werden behandeld.

Conclusie

Toenemend gebruik van multimodale behandelmethoden heeft de overleving van MPM patiënten de laatste jaren verbeterd. De prognose blijft echter zeer slecht. Dit komt mede doordat de meeste patiënten geen kanker-gerichte behandeling ondergaan. De prognose van MPM patiënten kan alleen verbeteren door de behandeling te centraliseren en nieuwe therapieën te onderzoeken.